Begrippenlijst

Hypotheekakte

De hypotheekakte wordt opgesteld door de notaris nadat de koopovereenkomst is getekend en de ontbindende voorwaarden zijn verlopen.
In de hypotheekakte wordt vastgelegd dat jij als hypotheekgever een onroerende zaak (de woning) als onderpand geeft aan de hypotheeknemer (je bank of hypotheekverstrekker) in ruil voor het verkrijgen van een geldlening (de hypotheek).
Om je bank of hypotheekverstrekker te beschermen heeft deze het recht het onderpand in het openbaar te verkopen als je de gemaakte (betalings)afspraken niet nakomt. Dit wordt ‘het recht van hypotheek’ genoemd. Dit recht vervalt meestal nadat de lening volledig is afgelost.
De hypotheekakte bevat:
  • De hoogte van de hypothecaire inschrijving;
  • De omschrijving van het onderpand;
  • De te betalen hypotheekrente;
  • De aflossingsmethode van de hypotheek;
  • De verplichting om de woning te verzekeren en;
  • De algemene voorwaarden van je bank of hypotheekverstrekker.
Voordat je de hypotheekakte ondertekent, zal de notaris deze met je doornemen. Zowel jij, de bank of hypotheekverstrekker als de notaris zet een handtekening. Omdat de bank of hypotheekverstrekker meestal zelf niet aanwezig is, zal een medewerker van het notariskantoor namens de bank tekenen. Gaat je partner het huis ook bewonen? Dan moet hij of zij ook tekenen als jullie getrouwd zijn of geregistreerd partnerschap hebben.
Nadat de hypotheekakte is besproken, goedgekeurd en getekend, zal deze worden ingeschreven in het kadaster. Hierna staat de hypotheek officieel op jouw naam.